
Oprechtheid
De eigenschappen van de leraren van God...
De mate van oprechtheid van de leraar van God is de maatstaf van zijn vordering in het curriculum. Selecteert hij nog steeds bepaalde aspecten van zijn leven om in zijn leren op te nemen terwijl hij andere delen gescheiden houdt? Indien dat zo is, is zijn vooruitgang beperkt en zijn vertrouwen nog niet stevig gevestigd. Oprechtheid is het vertrouwen van de leraar van God in het woord van God om alles in orde te brengen; niet alleen iets bepaalds, maar alles.
Over het algemeen begint zijn oprechtheid door slechts op bepaalde problemen te rusten en wordt voor een tijdje nog voorzichtig beperkt gehouden. Alle problemen aan één antwoord over te geven betekent het denken van de wereld volledig om te keren. En dat alleen is oprechtheid. Er is niets anders wat werkelijk deze naam verdient. Toch is elke mate, hoe klein ook, het waard om volbracht te worden. Gereedheid, zoals de tekst opmerkt, is geen meesterschap.
Waarachtige oprechtheid wijkt echter niet af. Daar zij volledig consistent is, is zij door en door eerlijk. Daar zij onwankelbaar is, is zij vol vertrouwen. Op onverschrokkenheid gebaseerd, is zij zachtaardig. Zeker zijnd, is zij vreugdevol. En daar zij zeker is, is zij tolerant.
Oprechtheid combineert in zichzelf dan ook alle andere eigenschappen van Gods leraren. Zij impliceert acceptatie van het woord van God en Zijn definitie van Zijn zoon. Het is naar hen dat oprechtheid in de ware zin van het woord zich altijd richt. Zij kijkt naar hen en zoekt totdat zij heeft gevonden. Verdedigingloosheid gaat altijd met haar gepaard en vreugde is haar voorwaarde. Eenmaal gevonden rust zij in stille zekerheid op het enige dat alle oprechtheid toekomt.