
Zachtaardigheid
De eigenschappen van de leraren van God...
Benadeling is onmogelijk voor Gods leraren. Zij kunnen noch benadelen, noch benadeeld worden. Benadeling is de uitkomst van oordeel. Het is de onoprechte gedachte die op een onoprechte gedachte volgt. Het is een vonnis van schuld over een broeder en daarmee over zichzelf. Het is het einde van vrede en het ontkennen van leren. Het demonstreert de afwezigheid van Gods curriculum en de vervanging ervan door waanzin.
Geen onderwijzer van God of hij moet leren, en nogal vroeg in zijn training, dat benadeling zijn functie volledig uit zijn bewustzijn wist. Het zal hem verward, angstig, kwaad, en achterdochtig maken. Het zal de lessen van de Heilige Geest onmogelijk om te leren maken. Noch kan de Onderwijzer van God in het geheel gehoord worden, behalve door hen die zich realiseren dat benadeling daadwerkelijk niets kan volbrengen; er kan niets profijtelijks van komen.
Daarom zijn Gods leraren volledig zachtaardig. Zij hebben de kracht van zachtaardigheid nodig, want het is hierin dat de functie van verlossing eenvoudig wordt. Voor degenen die benadelen is het onmogelijk. Voor degenen voor wie benadeling volstrekt geen betekenis heeft is het louter natuurlijk. Welke keuze behalve deze heeft enige betekenis voor diegenen die goed bij hen verstand zijn? Wie zou de hel kiezen wanneer hij een weg naar de Hemel waarneemt? En wie zou de zwakte die wel van benadeling moet komen kiezen in plaats van de onfeilbare, alomvattende, en ongelimiteerde kracht van zachtaardigheid?
De macht van Gods leraren ligt in hen zachtaardigheid, want zij hebben begrepen dat hun kwaadaardige gedachten noch van Gods Zoon noch van zijn Schepper kwamen. Aldus hebben zij hun gedachten met Hem verenigd Die hun Bron is. En dus is hun wil, die altijd al Zijn Eigen was, vrij om zichzelf te zijn.