Aantekeningen uit het notitieboek...
Tijd, ruimte, subjectieve werkelijkheid, transformatie, God en jij
Stel je voor als je kunt dat jij de wat lijkt op de meest ontzagwekkende, blunderende fout hebt gemaakt die ooit in een bepaalde situatie zou kunnen voorvallen. En toch vind jij jezelf zonder enige specifieke voorbije voorvallen die de huidige sytuatie in enige mate rechtvaardigen.
Jij bent geëxposeerd. Jij bent geopenbaard. Jij bent bloot gelegd. Jij bent verdedigingsloos. Jij bent prachtig kwetsbaar geworden. Jij ontwaart in een glorieus exposé waarin geen rechtvaardiging noodzakelijk of zelfs maar mogelijk is. Jij bent onschuldig geworden, en bevind door jouw eigenlijke aard jouw aardse trawanten niet schuldig.
-
Wil iemand mij misschien vertellen wat er mis is met een universum dat geheel vrij van strijd is? Het probleem is duidelijk dat de bron van strijd waarneming zelf is. Waarneming is naar eigen oordeel denken. Oordeel betrekt keuze, dat per definitie strijdig is.
-
De enige les die jij ooit dient te realiseren, is dat het onmogelijk is, los te denken van wat jij bent.
-
Dat "jouw Koninkrijk niet van deze aarde is" is absoluut onaanvaardbaar voor de Koninkrijken van deze aarde. Het drukt de zekerheid van vrijheid van dood uit. Alle aardse heerschappijen zijn gebonden aan het doodsproces. Alle aardbewoners maken een overeenkomst met dood. Eén die zij niet kunnen houden, want er is geen werkelijkheid in het idee van dood.
-
Het is voor een nieuw ontwaakte Meester aanvankelijk altijd verbijsterend om te ontdekken dat de manier waarop hij denkt een radicale transformatie heeft ondergaan. Zijn voorheen beperkte bewustzijns constructie had uiteindelijk niets met dit complete exposé van doen. Hij staat naakt met zijn eigen zekerheid. Hij heeft de capaciteit voor specifieke vergelijking verloren. De heelheid van zijn denken doet het objectieve rationeel van beperkt bewustzijn onvermijdelijk absurd lijken. Hij is in de positie geworpen van inzien dat zijn voormalige waardesysteem, gebaseerd op specifieke conclusies, bereikt door vergelijking en analyse, geen waarde, of zelfs maar werkelijkheid heeft. Hij vindt zich in een onlogische, onredelijke plaats. Hij moet nu omgaan met de absolute - ongekwalificeerde - zekerheid dat de objectief geconstrueerde wereld volslagen betekenisloos is, behalve voor de noodzaak om de openbaring voort te brengen die zijn eigen transcenderende bewustzijn voortbracht. Hij is alleen, wakker onder de slapenden.